Investeren in morgen

Technieker met op de achtergrond windmolens

Ondertussen heb ik als CEO al heel wat persconferenties achter de rug. Maar die van vorige week was toch een beetje bijzonder. We stelden ons Investeringsplan 2023-2032 voor. Daarmee doet Fluvius een voorstel voor de manier waarop we de energietransitie in Vlaanderen de komende tien jaar mee mogelijk zullen maken. Alle Fluvius-medewerkers en -stakeholders zetten er graag samen de schouders onder.

Onze plannen kwamen uitgebreid aan bod in de media. Het doet me plezier dat we veel positieve reacties kregen, en dat verschillende experts onze visie en actieplannen onderschrijven.

Dit plan geeft hopelijk ook een stukje geruststelling. Het kwam er op basis van grondige analyse en simulaties, en na uitgebreid overleg met alle betrokken sectorfederaties en de overheid. Het is weldoordacht, en integreert de inbreng van alle stakeholders die een stuk van de puzzel moeten leggen. Samen zijn we er van overtuigd dat alle doelstellingen haalbaar zijn. Zolang we als samenleving maar goed samenwerken, met alle betrokken partners, federaties en overheden.

We spelen dynamisch en kort op de bal

Bovendien is ons plan een dynamisch gegeven. De energiewereld en technologie evolueren snel, dat beseffen we. Elk jaar opnieuw zullen we het investeringsplan bijsturen en voorleggen, op basis van de nieuwe context of doelstellingen. We spelen kort op de bal.

Om bij de voetbalterminologie te blijven: Fluvius geeft met dit plan een stevige voorzet. Tijdens de zomermaanden is het aan onze vele belanghebbenden om er op te reageren, zodat we samen kunnen scoren. Ik verwelkom alle feedback die kan helpen om onze visie te verrijken. In de tweede jaarhelft van 2022 leggen we dan de definitieve versie ter goedkeuring neer bij de Vlaamse energieregulator VREG.

Theorie wordt praktijk door samenwerking

Daarna zetten we de visie en de theorie om in actie. De uitdagingen zijn enorm, en veel voorwaarden moeten worden vervuld om de doelstellingen te halen. Wij zijn er klaar voor, dat durf ik te zeggen. Binnen Fluvius hielden we onlangs een nieuwe directie – Energie-en Klimaattransitie – boven de doopvont. Ze zal al onze inspanningen op het vlak van de energietransitie en het klimaat coördineren. Een bewuste keuze en een extra impuls.

Intern is de juiste structuur uitgetekend. De grootste uitdaging situeert zich op het vlak van de arbeidsmarkt en de beschikbaarheid van materialen. We zullen de hulp nodig hebben van een breed ecosysteem. Van de overheid en het onderwijs, over onze aannemers en leveranciers, tot onze collega’s in de nutssector en de ondernemingen die nieuwe technologie introduceren. Samenwerking, vertrouwen en transparantie zullen ons vooruit stuwen.

Samen met alle Fluvius-collega’s kijk ik er naar uit om de omslag naar een klimaatneutrale wereld mee mogelijk te maken.

Frank.

Het Investeringsplan van Fluvius in het kort

Ons plan beschrijft welke investeringen Fluvius de komende tien jaar wil doen in de elektriciteits- en gasnetten. Rode draad is de vaststelling dat we in de toekomst aanzienlijk meer elektriciteit zullen verbruiken (elektrificatie), vooral voor mobiliteit en de verwarming van gebouwen. We moeten onzen distributienetten daarop voorbereiden, door ze de komende tien jaar aan te passen of te versterken. Concreet gaat het om…

  • 30.000 kilometer of 40 procent van het laagspanningsnet
  • 750.000 huisaansluitingen of 21 procent van het totaal
  • 6.000 kilometer of 13 procent van het middenspanningsnet
  • 22.450 of één derde van de distributiecabines die stroom over Vlaanderen verdelen

Dat vraagt een extra investering van vier miljard euro tot 2032, bovenop de eerder al geplande zeven miljard die ook zonder de energietransitie nodig zijn.

Het distributienet voor gas breiden we het komende decennium niet meer uit. We zorgen er wel voor dat klanten op een veilig en betrouwbaar net kunnen blijven rekenen. Fluvius zet ook proefprojecten op voor groene gassen (biomethaan, groene waterstof) en power-to-gas. We halveren het jaarlijks investeringsbudget voor gas in de komende tien jaar tot 88 miljoen euro per jaar.

Gerelateerde artikels